10x mijn favoriete dingen aan wonen in Lissabon

door Explorista

Als je me ooit gevraagd had een lijstje te maken van alle plekken waar ik dacht dat ik nog wel eens een half jaar zou wonen, dan had Lissabon niet op dat lijstje gestaan. Maar goed, als 2020 ons iets geleerd heeft, is dat het leven onvoorspelbaar is. En dus ben ik al sinds November in Lissabon. En hoewel ik niet denk dat dat mijn “eindbestemming” is, heb ik het er erg naar mijn zin. Daarom dacht ik vandaag eens een good old klassieke persoonlijke post te schrijven. Als inspiratie roept, moet je luisteren, toch? Dit zijn mijn favoriete dingen aan wonen in Lissabon!

Hoe was de lockdown en hoe is het nu?

Allereerst moet ik denk ik eerst even iets vertellen over de huidige stand van zaken hier in Portugal. Ik heb namelijk het merendeel van mijn tijd in Portugal in lockdown doorgebracht. Niet ideaal, maar ook niet het einde van de wereld (zie punt 1 & 2).

In November en December ging het hier in Portugal heel goed. Vrijwel alles was open (op weekend-lockdowns na), en het voelde allemaal heel normaal. Met Kerst werden de teugels (nog) losser gelaten, en brak vervolgens de pleuris uit. In Januari was Portugal ineens met meer dan 15.000 gevallen per dag, het “slechtste land ter wereld”.

Dat was eng. Heel eng. Je hoorde constant sirenes, op het nieuws kwamen berichten over dat de ziekenhuizen vol waren, en dat dokters uit andere landen ingevlogen werden om te helpen. De stad ging volledig op slot. Je mocht alleen nog naar de supermarkt, apotheek, eten afhalen en een wandelingetje maken in je eigen buurt. Bankjes en boulevards waren afgezet met tape, politie liep overal te controleren, en als je te lang stilstond in een park werd je gevraagd door te lopen (ja, echt!).

Je zou het niet zeggen… maar een lockdown werkt dus echt (!). Mits je allemaal meedoet natuurlijk ;-). Ik denk dat Portugal zó geschrokken was van de ultieme PANIEK (ik kan niet benadrukken hoe eng dat was) waarin we in Januari zaten dat iedereen zich er écht aan hield. Inmiddels zitten we op zo’n 500 gevallen per dag, en worden de restricties heel voorzichtig losgelaten. Het hele land kijkt met spanning wat dat gaat doen voor de dagelijkse gevallen.

Maar dan nu, door met vrolijkere dingen: mijn favoriete dingen aan wonen in Lissabon.


Citroenboom in de achtertuin

Ik heb al een aantal verschillende adresjes gehad in Lissabon. Van een oude paardenstal turned designappartement, tot een appartement met gigantisch panorama-uitzicht over de stad en van een krap zolderappartementje in een guur steegje tot een klein flatje in het hipste deel van de stad.

Ik zit nu al meer dan anderhalve maand in mijn zesde Airbnb. Een heerlijk appartmentje op de begane grond van een woonwijk net buiten het centrum. Het bevalt me prima: lekker rustig, met een paar parken op wandelafstand en je bent toch binnen een kwartier in het stadshart met een Uber.

Ik heb een woonkamer met grote schuifdeuren die uitkomt in mijn eigen tuin. Daar zit ik vaak in het zonnetje te lunchen met uitzicht op een prachtige citroenboom. Elke dag dat ik die citroenboom zie, knijp ik mezelf even.

Heerlijk weer

Ik kan niet over Portugal schrijven zonder te jubelen over het weer, toch?! Om eerlijk te zijn is de winter hier qua weer niet zo bijzonder. Het is dan meestal een graad of vijftien overdag, maar het regent heel veel. En bovendien hebben huizen hier geen centrale verwarming. ’s Nachts kan het in huis dus ook maar een paar graden warm zijn. Brrr!

Gelukkig is het sinds Maart het lente aan het worden hier in Lissabon, en dat is werkelijk genieten. Het is inmiddels meestal zo’n 19 graden. En we hebben ook regelmatig dagen met 23 graden en zon, en dan voelt het even alsof ik op vakantie ben. Dat maakt een lockdown toch een stuk draaglijker.

De uitzichtpunten

Lissabon is gebouwd op zeven heuvels, en dat betekent veel klimmen en dalen en spierpijn in je billen als je een wandeling door de stad gaat maken. Maar het voordeel is dat je na een flinke wandeling vaak op de meest prachtige uitzichten getrakteerd wordt!

Ik ben in héél wat Europese steden geweest, maar ken geen enkele stad die “uitzicht” zo goed doet als Lissabon. De prachtige oranje daken, de 25 Abril-brug over de Taag… het is heel indrukwekkend.

Mijn favoriete uitzichtpunten zijn de van Castelo de São Jorge, Miradouro de Graça en Miradouro de Santa Lucia.

De boulevard

Toen ik nog in het hartje van het oude stadscentrum woonde (daar heb ik in totaal meer dan twee maanden gewoond) ging ik graag hardlopen op de boulevard. Da’s meteen ook zo’n beetje de enige plek waar je in het oude stadscentrum een beetje kunt hardlopen, als je niet de conditie heb van een ultra marathon-loper die moeiteloos heuvels op en af rent.

En nou… die heb ik niet. Ik sleep mezelf puffend en hijgend de eerste beste verkeersdrempel op, dus ik wil graag zo vlak mogelijk hardlopen als het even kan. Je kunt de boulevard kilometers lang volgen, en het is heerlijk om daar te rennen met de wind in je haren en het gekrijs van zeemeeuwen boven je hoofd. Ik hou ervan dat Lissabon aan het water ligt, waardoor je snel het idee hebt dat je de stad even kunt ontsnappen.

Monsanto

Over “ontsnappen” gesproken: ten westen van het stadscentrum ligt een heuvel met een gigantisch bos waarin je totaal vergeet dat je midden in een grote stad bent. Het heet Monsanto, en wordt ook wel het “Central Park” van Lissabon genoemd (al is het 3x groter dan Central Park). Je kunt er wandelen, fietsen, skaten, of gewoon lekker picknicken. En je bent natuurlijk gegarandeerd van geweldig uitzicht.

Tijdens de lockdown heb ik zo’n beetje elk park in de buurt wel uitgespeeld, dus vond ik het heerlijk om af en toe een Uber te pakken naar Monsanto om daar een wandeling te maken. Voelt meteen alsof je op avontuur bent, en bovendien is het ook nog eens lekker koel op een warme dag.

Leuke restaurantjes

Toen ik aankwam in Lissabon en mijn taxi door de kronkelige straatjes van de stad reed op weg naar mijn Airbnb, viel me meteen één ding op: er zaten overal super gezellige restaurantjes. Daar heb ik de eerste vijf weken van mijn verblijf flink gebruik van gemaakt. Elk weekend bracht ik brunchend door met vriendinnen, en ook doordeweeks ging ik regelmatig even lunchen en in een café werken.

Maar ja goed, toen was daar in Januari een superstreng lockdown. En die duurde drie maanden. Dus dat was binnenzitten. Sinds een week zijn de terrasjes pas weer open, dus daar heb ik natuurlijk meteen al twee keer gebruik van gemaakt. Ik zal binnenkort al mijn favoriete zaakjes in Lissabon wel delen op de blog!

Portugees leren

De eerste paar weken dat ik in Lissabon was, deed ik geen enkele moeite om Portugees te leren. Ik vond het een lastige taal en eigenlijk sprak iedereen wel Engels, dus was de noodzaak er ook niet zo. Bovendien dacht ik: wanneer ga ik dit verder nog in mijn leven gebruiken? Verder dan een vriendelijke “Bom Dia” en “Obrigada” kwam ik niet. Ik vond het om eerlijk te zijn echt een lastige taal, vooral om te verstaan. Veel woorden worden totaal anders uitgesproken dan ze geschreven worden.

Maar toen ik me realiseerde dat ik nog wel een paar maanden in de stad zou blijven, besloot ik dat ik toch wel wat extra woordjes wilde leren. Het is zeker mijn doel niet om vloeiend Portugees te spreken, maar ik vind het eigenlijk heel leuk om mee bezig te zijn. Ik kan inmiddels heel simpele dingetjes als een supermarkt bezoekje, eten bestellen, mezelf voorstellen en tot honderd tellen.

Hoe meer ik leer, hoe meer ik ga snappen van de taal, hoe meer woorden ik herken als ik op straat rondloop, hoe trotser ik me voel en hoe meer ik door wil gaan met leren. Het is een leuke vicieuze cirkel.

Vrienden om me heen

De reden dat ik in Portugal terecht kwam, is omdat ik in Lissabon veel mensen kende. Nou heb ik die natuurlijk niet allemaal kunnen zien de afgelopen maanden, vanwege de restricties. Maar ik ga toch elke week wel met iemand een wandeling maken, naar een terrasje of een dagje uit (altijd buiten). Dat is iets dat ik Nederland nooit had, en waar ik nu extra dankbaar voor ben.

Strand

We mochten heel lang de stad niet uit, maar sinds een week of twee mag dat weer, en dus maakte ik daar afgelopen weekend meteen gebruik van. Toen het heerlijk weer was, trok ik naar Estoril. Dat is ongeveer een half uurtje met de trein vanuit Lissabon. Als je het treinstation uitstapt, sta je rechtstreeks op het strand. En wauw. Wat had ik dat nodig. Ik heb een heerlijk middagje langs de boulevard van Estoril gewandeld, gekeken hoe mensen dapper de koude zee ingingen, en hoe genoten van de zon en de geur van de zee. Ik hou ervan dat je in een half uurtje vanuit Lissabon op het strand kunt staan.

Over de cultuur leren

Ik ben nu bijna een half jaar in Lissabon, heb een lockdown en een presidentiële verkiezing meegemaakt, en leer dankzij mijn bezoekjes aan bezienswaardigheden en vriendschappen met zowel Portugezen als expats steeds meer over de cultuur. En dat vind ik dus echt heel leuk. Ik heb het idee dat ik het land en de cultuur steeds beter begin te begrijpen. En hoe meer ik van het land begrijp, hoe meer ik er van ga houden.

Hoe lang ik hier precies blijf, weet ik nog niet. Zoals ik in het intro al zei, denk ik niet dat het mijn “eindbestemming” wordt. Maar het is een fijne plek om even bij te komen van een jaar dat mij heel veel afgenomen heeft. Ik ben dankbaar voor elke dag dat ik hier in Portugal zit. En ik kan niet wachten om wat meer van het land te ontdekken zodra alles open is!

Lees al mijn posts over Lissabon:

Zou jij wel eens in het buitenland willen wonen?

Misschien vind je dit ook interessant

Laat een reactie achter