Inhoudsopgave
Italië te toeristisch?! Niet als je je best doet om minder ontdekte plekjes te vinden. En zo kwam ik uit in Molise – de laatste onontdekte regio van Italië. Zó onontdekt dat Italianen al jaren grappen dat de regio niet echt bestaat. Dat doet het wel, al zijn toeristen hier een zeldzaamheid, en grote steden heb je er ook niet echt. Maar dat is juist de charme van Molise: het is een regio die barst van snoezige kleine dorpjes, lieve locals en prachtige natuur. Dit waren mijn favoriete dorpjes.
Download het gratis e-book over ‘onbekend Italië’
Agnone
Mijn favoriete dorpje in Molise was Agnone. En niet alleen vanwege de bezienswaardigheden, maar vanwege de mensen die er wonen. In het algemeen vond ik de mensen in Molise ontzettend lief en behulpzaam, maar in Agnone misschien nog wel het meest. Hoewel het niveau van Engels erg laag was, hield dat niemand tegen om me te helpen of hun enthousiasme te delen voor hun dorpje.
Zo kreeg ik spontaan een gratis rondleiding door de klokkengieterij van Marinelli, het belangrijkste instituut van Agnone, omdat ik niet wist dat je moest reserveren voor een Engelse tour. Dit is het oudste familiebedrijf van Italië, dat al sinds de 14e eeuw klokken giet. De klokkengieterij is nog altijd actief, en tijdens de rondleiding zie je ambachtsmannen aan het werk. Het is magisch om het traditionele proces te bewonderen, en je voelt de geschiedenis en het respect voor traditie als je er rondloopt.
Ik werd uitgenodigd om de burgemeester te ontmoeten op het stadshuis, die uitgebreid vertelde over de geschiedenis van Agnone. En in de prachtige bibliotheek van Chiesa e Convento di San Francesco, word ik enthousiast rondgeleid door tour guide Antonio. Hij vertelt dat de bibliotheek één van de belangrijkste is ter wereld vanwege zijn collectie rondom de ontwikkeling van de boekdrukkunst. Vroeger had Agnone een sterke band met Venetië, waardoor veel belangrijke historische boeken in Agnone zijn beland. Maar zelfs als boekdrukkunst je weinig kan schelen, dan is het gebouw al een bezoekje waard vanwege de prachtige handgeschilderde plafonds met barokke religieuze afbeeldingen.
De volgende dag kwam ik gids Antonio tegen bij een uitzichtpunt. Ik stond foto’s te nemen van de prachtige vallei, met wijngaarden, prachtige bossen en een kabbelend beekje. En wanneer ik me omdraai, zie ik ineens Antonio in de deuropening van zijn huis staan. Hij babbelt vrolijk tegen me in het Italiaans, wat ik natuurlijk niet versta, en nodigt me uit bij hem thuis. Zo lief zijn de mensen hier.
Wat ook absoluut een bezoekje waard is, zijn de nabijgelegen Cascate del Verrino. De prachtige watervallen zijn met een korte autorit te bereiken, en toen ik er was, had ik de waterval volledig voor mezelf.
Trivento
Toen ik arriveerde in Trivento, besloot ik vol te genieten van het dorpsgevoel. En dus struinde ik op mijn gemakje de treden op van de San Nicola-trappen, af en toe stoppend om een foto te nemen, of mijn jas uit te doen vanwege de warme Oktoberzon.
Het eerste wat ik tegenkwam was het uitzichtpunt Balcone di Largo Porta Maggiore waar je het hele jaar door een gehaakte kerstboom ziet. De vrolijke kleurtjes zie je trouwens wel vaker in het stadje. Trivento is namelijk de “hoofdstad van gehaakte straatkunst”, en houdt ieder jaar een “yarn bombing festival”.
Dat is niet de enige straatkunst die je tegenkomt, er zijn ook een aantal moderne graffitiwerken die enorm contrasteren met het historische oude centrum, maar daarom extra cool zijn.
Trivento is werkelijk eeuwenoud, de eerste mensen woonden er al in 75,000 v.C.. In het dorpje vind je verschillende resten uit de Romeinse tijd, waaronder straatstenen met inscripties. De beste manier om Trivento te ontdekken is om lekker rond te struinen. Vlak bij de Romaanse kathedraal hoor ik ineens gezang, en even later komt er een groepje Nonnen de hoek om, hand-in-hand met een groep vrolijk zingende kinderen. Ze zwaaien naar me als ik voorbijloop. Ik moet glimlachen, waar vind je dit soort scènes nou nog? In de kleine dorpjes van Molise.
Capracotta
Mijn favoriete aspect aan het slaperige Capracotta, was zijn ligging hoog in de Apennijnen. De rit ernaartoe was een cadeautje. Langzaam slingerde de auto omhoog via de weggetjes, en om elke bocht was er weer een nieuw prachtig uitzicht over de vallei. Koeien grazen langzaam in de weilanden langs de weg, hun bel klingelt in de wind. Boven ons hoofd vliegt een roofvogel rondjes.
Bij de laatste bocht doemt Capracotta op, omringd door bossen in de meest prachtige geel- en roodtinten. Een cadeautje van de seizoenen. De belangrijkste bezienswaardigheid torent boven de rest van het dorp uit: de kathedraal van Capracotta. Niet alleen een bezoekje waard vanwege het mooie uitzicht dat je hier hebt over de rest van het dorp, maar ook vanwege de bijzondere kunst. Aan de muur hangen abstracte schilderijen die de verschillende belangrijke momenten in de kruisiging van Jezus afbeelden. Ik ben nog nooit een kerk tegengekomen met zulke moderne kunst, en om dat te treffen in een klein dorpje als Capracotta, vind ik erg vermakelijk.
Even buiten Capracotta, vind je de Giardino della flora appenninica di Capracotta. Gelegen op 1500 meter hoogte, vind je hier een botanische tuin die zich inzet voor de bescherming van lokale planten- en bloemensoorten. Het is één van de hoogstgelegen botanische Tuinen van Italië. Vanaf hier heb je trouwens ook een prachtig en dramatisch aanzicht op Capracotta.
Pescopennataro
Slechts 349 inwoners telt het dorpje Pescopennataro. Misschien was het wat optimistisch om te denken dat ik daar een open restaurant zou vinden voor lunch op een doordeweekse dag in Oktober. Maar gelukkig zijn de mensen hier ook ontzettend aardig.
En dus opende de nieuwsgierige eigenaar van een kruidenierszaakje speciaal voor ons zijn deuren. Hij belde een aantal restaurants in de omgeving om te vragen of ze open waren, en toen dat niet het geval was, pakte hij wat brood, ham en kaas en begon voor ons een picknick te maken. Hij stopte er wat druiven en een drankje bij, en wees ons naar de kerk boven op de heuvel. “Daar heb je prachtig uitzicht om te lunchen.”
En dus klommen we met onze tas met eten een steile heuvel op. De kerk zelf was dicht, maar dat maakte ons niet veel uit. We kwamen voor het uitzicht. En dat uitzicht, bleek waanzinnig. Daar zat ik dan: rustig knabbelend aan mijn sandwich, terwijl ik uitkeek over de beboste bergen aan één kant, en de Adriatische Zee aan de andere kant. In de weide omgeving was geen ander mens te zien.
Na de lunch, struinden we nog door de straten, alvorens we terugreden naar Agnone, toch al snel een rit van een half uur. ’S Avonds liepen we een willekeurig restaurant binnen in Agnone, en wie zien we daar zitten? De eigenaar van de kruidenierswinkel uit Pescopennataro. Zo klein is de wereld in Molise dus.
Larino
Als je door het slaperige centrum van Larino loopt, zul je misschien niet denken dat het dorpje ooit één van de belangrijkste Romeinse steden was, met ruim 100.000 inwoners. Maar dat is wel zo. Als knooppunt tussen Abruzzo en Puglia lag Larino op een belangrijke plek voor de handel.
Dat Larino, of Larinum zoals het toen heette, belangrijk was in het Romeinse Rijk, is wel te zien aan de ruïnes van het amfitheater. Er waren in het hele Romeinse Rijk maar zo’n tweehonderd amfitheaters, en in deze konden zo’n vijfduizend toeschouwers.
In het Museo Civico kun je nog veel overblijfselen uit de Romeinse tijd vinden, waarvan de mozaïekvloeren de belangrijkste zijn. Een andere activiteit is het bezoeken van het Museo Diocesano di Larino waar je een escape game kunt spelen dat het verhaal vertelt over een waargebeurd liefdesverhaal uit de 17e eeuw. Via het verhaal leer je meer over de geschiedenis van Larino. Binnenkort is het beschikbaar in het Engels.
Even om de hoek zie je een plakkaat die je eraan herinnert dat Larino ook vanuit religieus oogpunt belangrijk is: hier werd het eerste seminarie ter wereld opgericht.
Guglionesi
In het kleine Guglionesi, bracht ik maar een paar uurtjes door. En hoewel het maar 5.000 inwoners heeft, vind ik er verrassend veel mensen die Engels spreken. Misschien omdat we dichter bij de zee zitten, Termoli is slechts een half uurtje verderop.
De belangrijkste bezienswaardigheden in Guglionesi zijn de kerken. Zo heeft de kerk van Saint Mary Maggiore een prachtige crypt met fresco’s, de kerk van Sant’Antonio da Padova een kleurrijk barok interieur, en de Chiesa di San Nicola valt op vanwege zijn sobere Romaanse stijl. In elke kerk staat een beeld van de heilige aan wie de kerk is opgedragen.
Vanaf de Belvedere heb je prachtig uitzicht over de omgeving, met glooiende Velden vol olijfbomen. Als ik er ben, in Oktober, gaat het over niets anders dan de olijfoogst. Vrijwel elke familie heeft een paar olijfbomen, die in Oktober geoogst worden en waarvan olijfolie gemaakt wordt. Heb je geen olijfbomen? Dan koop je gewoon olijfolie bij je vrienden.
Termoli
Termoli is misschien wel het meest bekende plaatsje in Molise. Van oudsher is het een vissersdorpje, nu is het een populaire badplaats. Ik heb slechts twee uur tussen mijn bus en trein in om het stadscentrum te ontdekken, maar dat blijkt voldoende.
Termoli is een stad uit de Middeleeuwen, met veel connecties tot Dubrovnik en Constantinopel. Op deze manier zijn ook de botten van Timoteüs, een apostel van Paulus, in de kathedraal van Termoli beland. Een belangrijk religieus erfgoed, dat pas werd gevonden na de restauratiewerken in 1945 toen de kerk was beschadigd bij een Duits bombardement.
Één van de leukste dingen om te doen (afgezien van het centrum op je gemakje ontdekken), is de Termoli Sotterranea, waar je de tunnels onder Temoli ontdekt. Tijdens een rondleiding leer je alles over de geschiedenis van de stad, door te tonen wat er onder de oppervlakte verborgen ligt.
Belangrijke informatie:
Beste tijd: De beste tijd om Molise te bezoeken is nèt buiten het hoogseizoen. Vermijd Augustus vanwege de hoeveelheid toeristen, maar als je in Mei/Juni of September/Oktober komt heb je heerlijke temperaturen en vrijwel alle bezienswaardigheden voor jezelf. Vooral in de herfst heb je ook nog het voordeel van de indian summer, waarbij de bomen prachtige kleuren krijgen.
Hoe kom je er? De beste manier om Molise te ontdekken is met een (huur)auto. Openbaar vervoer is er wel, maar niet naar ieder dorpje (en vaak maar 2 of 3x per dag). Met een auto heb je bovendien de kans om de prachtige natuur om de dorpjes te ontdekken. Toch met het openbaar vervoer? Dan zijn het grotere Campobasso en Termoli de beste plekken om jezelf te baseren.
This article was written in collaboration with iambassador for the ‘Viaggio Italiano’ Project (Italian National Tourist Board, Ministry of Tourism & Conference of Regions and Autonomous Provinces)