4 tips voor je tweede keer Parijs

522

Parijs: je kunt het wel dromen. De Notre Dame, de Arc de Triomphe, de Sacre Coeur en het Louvre: je bent er al geweest. Het uitzicht van de eiffeltoren is het eerste wat je voor je geestesoog ziet als je wakker wordt (lucky you!). En toch blijft Parijs leuk om regelmatig naartoe te gaan, beloof ik je. Maar als je niet hetzelfde rondje wil lopen als de vorige keer, raad ik je aan deze vier tips voor je tweede keer Parijs op te volgen.

1. Les Catacombes

Je hoeft bij mij het woord ‘skeletten’ maar te fluisteren, en ik sta kwispelend als een hondje bij de voordeur. Ik weet niet precies wat het is, maar ik heb een fascinatie met ossuariums. De complete tegenstelling tussen hoe afgesloten en klinisch de dood tegenwoordig is, tegenover het vieren en eren van de naakte skeletten van de doden vroeger… het triggert me. Het feit dat je de skeletten gewoon aan kunt raken, vind ik absurd en interessant tegelijkertijd. Dichterbij de dood kun je niet komen.

De Catacomben van Parijs zijn het grootste ondergrondse ossuarium ter wereld, en huist de skeletten van zes miljoen Parijzenaren. Het netwerk van ondergrondse tunnels in Parijs is maar liefst 290 km lang, een onvoorstelbare afstand. Waanzinnig fascinerend om te bedenken dat dat zich allemaal onder je voeten bevindt zodra je door Parijs wandelt. De tunnel die bezocht wordt is maar 1,7 km lang, en is gedecoreerd gestapelde botten, manshoog en meters diep. Ik probeerde me iedere keer voor te stellen dat het bot waar ik naar keek in iemands lijf had gezeten. Die persoon had een leven gehad. Het lukte me steeds niet.

De botten kwamen in Les Catacombes terecht toen in 1786 besloten werd dat het overvolle kerkhof Cimètiere des Innocents teveel gezondheidsproblemen opleverde voor de omwonenden. Er heersten ziektes, en het was amper als begraafplaats herkenbaar, doordat iedereen in massagraven gedumpt werd, en er geen grafmonumenten waren. De begraafplaats lag midden in de stad, en overdag werd er gewoon op geleefd. De stank was niet te harden, en dus werd de begraafplaats werd geruimd. De botten werden in een ondergrondse put gedumpt. Dit gebeurde later met meer begraafplaatsen. Vijfentwintig jaar later werden de tunnels ingericht als ossarium, en de skeletten en botten in patronen gestapeld.

Bezoeken kan en kost €8 (€4 als je jonger dan 26 bent). Ga wel VROEG. Je staat namelijk rustig een uur te wachten voordat je naar binnen mag, vanwege het limiet aan het aantal bezoekers. Een kwartier voor openingstijd is aan te raden.

2. Eettripje Les Marais

Je kunt ook prima naar Parijs komen en je hele weekend etend doorbrengen, zoals ik. Serieus. Laat het even inzinken: een weekend in Parijs etend doorbrengen. Dat klinkt ongeveer als de hemel, amiright? Les Marais is één van de beste plekken om kamp op te slaan, en van daaruit jezelf in de rondte te eten. Parijs kent een groot aantal fantastische tentjes, en waarom zou je ze niet gewoon allemaal proberen?

3. Kerkdienst Notre Dame

Ik ben geen kerkganger. Ik geloof niet in God, en krijg kriebels van heel veel geloofsgerelateerde dingen (tien euro om een kaarsje te mogen branden? Yikes). Ik voel me nooit thuis in een kerk.  Maar op reis bezoek ik ze wel graag. De architectuur is vaak prachtig, en geeft een inkijkje in de specifieke bouwstijl van een land. Een kerk brengt je hierdoor even terug naar een Parijs uit de twaalfde eeuw. De Notre Dame vind ik na het zien van honderden kerken, nog steeds één van de meest bijzondere (misschien komt dat door mijn Disney-indoctrinatie). En het bijwonen van een kerkdienst vond ik dan ook erg speciaal. Even zit je midden tussen échte Parijzenaren, die op zondag naar de kerk gaan om hun geloof uit te oefenen. Je hoort de de Franse liederen, en hoewel je er heel weinig van verstaat, vond ik het heel speciaal om een kwartiertje even binnen te mogen treden in deze intieme traditie.

4. Gewoon. Wandelen.

Ik heb me zelden rijker gevoeld dan tijdens het weekendje in Parijs, laatst. We hadden, afgezien van wat eettentjes die we wilden bezoeken, geen plannen. We konden gewoon doen waar we zin in hadden. Rondlopen en kijken waar we uitkwamen. Dat is voor mij het ultieme gevoel van vrijheid. En waar kun je dat beter ervaren dan tussen de majestueuze gebouwen van Parijs? In de eeuwenoude straatjes met fascinerende geschiedenis, met op de achtergrond het zangerige geluid van locals die met elkaar kletsen. De weekendritueeltjes van inwoners die even een stokbrood halen, in een koffietentje werken, of met hun vriendinnen de winkelstraat in gaan. Ik voelde me even helemaal thuis in Parijs. Tegelijkertijd toeschouwer en inwoner. En vooral heel erg gelukkig.

De leukste wijken om gewoon wat rond te gaan wandelen? Rondom de Notre Dame, Ile de Saint Louis en Montmartre. Begin met lopen, volg je intuïtie en laat je verwonderen.

In dit artikel verzamelde ik de leukste goedkope hotels in Parijs centrum.

Wat vind jij leuk om te doen in Parijs?